SCORM 1.2 vs. SCORM 2004: Welke is beter?

Hoewel de meest recente update van SCORM in 2009 was, wordt SCORM 2004 vs SCORM 1.2 nog steeds veel gebruikt voor e-learning. In de loop der jaren zijn enkele versies van de standaard uitgebracht, waarvan er slechts twee oplossingen de tand des tijds hebben doorstaan: SCORM 1.2 en SCORM 2004. Maar ook al bestaan ze allebei al zo lang, het blijft moeilijk om de precieze verschillen tussen beide en hun respectieve sterke en zwakke punten aan te geven.

In dit artikel bekijken we deze twee meest opvallende versies van de SCORM oplossing, zodat u kunt kiezen voor SCORM 2004 vs SCORM 1.2 voor uw LMS.

De geschiedenis van SCORM e-learning

In het jaar 2000 werd Sharable Courseware Object Reference Model 1.0 (afgekort SCORM) aan het publiek voorgesteld als een nieuw concept voor interoperabiliteit in computer-gebaseerde opleidingen. Als we op deze gebeurtenis terugkijken, was het misschien wel baanbrekend, aangezien SCORM e-learning uiteindelijk een ‘begrip’ werd. De aanvankelijke lancering van SCORM was echter niet bepaald een groot succes.

Ten eerste had de wereld van digitale opleidingen al interoperabiliteitsnormen: collectieven als AICC en IMS hadden hun specificaties voor e-learning meer gestandaardiseerd, al enkele jaren vóór SCORM werd uitgebracht. Bovendien was SCORM in versie 1.0 meer een verzameling van uiteenlopende concepten dan een specificatie die kon worden toegepast om reële problemen in het digitale onderwijs en LMS’en op te lossen.

Maar er was iets speciaals aan de SCORM oplossing waardoor het uiteindelijk de meest gebruikte specificatie in de e-learning wereld werd. Advanced Distributed Learning (ADL), het initiatief van de Amerikaanse overheid achter SCORM, heeft het namelijk niet vanaf de grond opgebouwd. In plaats daarvan nam het de beste ideeën van een aantal reeds bestaande standaarden, zoals AICC, en integreerde die tot een volwaardige oplossing. 

Voor een deel is dat de reden waarom SCORM een Reference Model werd genoemd en geen echte standaard – in zijn oorspronkelijke vorm verwees het naar een aantal bestaande specificaties, in plaats van iets op zichzelf te zijn.

Dit zijn de specificaties die in SCORM 1.0 zijn overgenomen:

• AICC’s Computer Managed Instruction (CMI)
• AICC’s Course Structure Format (CSF)
• IEEE LTSC’s en ARIADNE’s Learning Object Metadata (LOM)

Sommige van deze specificaties werden slechts licht gewijzigd om ze samen te kunnen gebruiken, terwijl andere werden ontdaan van vele buitensporige elementen die de toepassing van de nieuwe “standaard” voor early adopters zouden kunnen bemoeilijken. 

In 2001, een jaar na de eerste versie, verschenen de versies 1.1 en 1.2 van SCORM. De eerste verbeterde de specificatie voldoende om er een implementeerbare oplossing van te maken, maar het was de tweede stabiele versie die SCORM echt bekend maakte in de industrie.

iSpring Suite

Ontdek de wereld van SCORM 2004 vs SCORM 1.2 samen met de robuuste en gebruiksvriendelijke authoring toolkit.

Gratis proefversie Meer informatie→

2. SCORM pakket 1.2: De meest ondersteunde versie onder Authoring Tool en LMS-leveranciers

SCORM 1.2, uitgebracht in oktober 2001, werd zo’n blijvende de facto standaard voor e-learning dat het tegenwoordig in meer dan 70% van alle e-learning inhoud wordt gebruikt. De reden hiervoor is dat SCORM 1.2 eindelijk klaar was voor gebruik door leveranciers van Learning Management Systems (LMS) en Authoring Tools. En toen de industrie ontdekte hoe snel ze compatibiliteit kon verzekeren door SCORM-naleving te implementeren, werd het een onmiddellijk succes.

Opeens was het niet meer nodig om telkens het wiel opnieuw uit te vinden als een nieuw bedrijf in e-learning wilde stappen met een eigen LMS. Alles wat nodig was, was hun leerinhoud conform te maken met SCORM en een LMS te vinden dat daaraan voldeed. De kosten waren vele malen lager dan wanneer je een stel softwareontwikkelaars moest inhuren om een eigen computergebaseerd trainingsplatform te creëren en het te laten werken met welke trainingsinhoud of oplossing dan ook.

Voor SCORM 1.2 werden er enkele nieuwe specificaties ingevoerd – IMS’s content packaging en hun werk aan metadata met IEEE. Het was ook de eerste versie van de norm die werd opgedeeld in twee aparte richtlijnen, of “boeken”, zoals ADL ze noemde:

• Run-Time Environment (RTE): een Javascript API waarmee opleidingsinhoud en het LMS kunnen communiceren en statistieken kunnen registreren, beschrijft de “werkwoorden” die moeten worden toegestaan in dergelijke communicatie (geslaagd, gezakt, enz.) en andere commando’s.
• Content Aggregation Model (CAM): legt uit hoe afzonderlijke bronbestanden moeten worden georganiseerd om gestructureerde leerinhoud te vormen. Het laat ook zien hoe inhoud kan worden samengevoegd voor overdraagbaarheid en welke informatie moet worden gebruikt om de inhoud te beschrijven (metadata).

Voordelen en nadelen

Laten we eens kijken naar enkele voor- en nadelen van het gebruik van SCORM 1.2 in een LMS online training:

Voordelen

• Ondersteund door de meeste authoring tools en LMS’en. SCORM 1.2 wordt in e-learning nog steeds veel vaker ondersteund dan enige andere standaard.
• Eenvoudig en betrouwbaar. SCORM 1.2 is een vrij kleine set specificaties in vergelijking met zijn opvolger, SCORM 2004. Daarom is het voor ontwikkelaars eenvoudiger te implementeren en zijn er minder mogelijkheden voor verkeerde interpretaties en conflicten tussen verschillende software die SCORM 1.2 ondersteunt.

Nadelen

• Kan alleen gebruikt worden met web content. Dit is een algemeen nadeel van het gebruik van SCORM, ongeacht de versie. Omdat de Javascript API die SCORM gebruikt om trainingsstatistieken vast te leggen alleen in een webbrowser werkt, kun je SCORM niet gemakkelijk implementeren om leeractiviteiten bij te houden, bijvoorbeeld in een virtual reality app op de desktop.
• Niet geschikt voor lange trainingsmodules. SCORM 1.2 wijst een zeer kleine hoeveelheid gegevens toe voor het opslaan van cursusvoortgang – slechts 4096 tekens. Als er dus veel interacties en dia’s in uw opleidingsmodule zitten, moeten de cursisten deze in één keer afmaken. Anders gaat de module niet verder waar ze gebleven waren, maar vanaf het punt waarop de limiet van de variabele cmi.suspend_data werd overschreden.
• Kan niet tegelijkertijd diaweergaven en testresultaten bijhouden. Succes en voltooiing kunnen niet gelijktijdig gevolgd worden, wat betekent dat uw cursus maar één status tegelijk kan hebben: geslaagd, voltooid, gezakt, onvolledig of doorgebladerd. De status van de cursus wordt ingesteld in de variabele cmi.core.lesson_status.
• Heeft geen variabele om interactietekst op te slaan. Wanneer u de testresultaten in het LMS bekijkt, ziet u het antwoord van de cursist, maar niet de vraagtekst. Sommige tools zoals iSpring Suite omzeilen deze beperking (en enkele andere) van versie 1.2 door de vraagtekst in de variabele interaction_id te plaatsen. Probeer iSpring Suite 14 dagen om gebruik te maken van het SCORM formaat.

Deze versie van SCORM was precies de oplossing die de e-learning-wereld nodig had. Het is dan ook geen verrassing dat hij zo breed is geïmplementeerd. Tegelijkertijd kreeg ADL veel feedback van gebruikers van SCORM 1.2 waaruit bleek dat bepaalde tekortkomingen moesten worden verholpen. En er waren een paar grote functies in de backlog die de makers van de standaard zelf wilden implementeren. Het werk aan de volgende generatie van de standaard begon dus al snel.

SCORM 2004: Nieuwe Sequencing en Gedetailleerde Gegevensrapportage

In januari 2004 werd de nieuwe versie van SCORM aan het publiek voorgesteld. Het heette eerst SCORM 1.3, maar daarna werd de naam veranderd in SCORM 2004. Het bevatte dezelfde Run-Time en Content Aggregation als SCORM 1.2, plus een nieuwe functie met de naam Sequencing and Navigation (SN). Deze is gebaseerd op een specificatie van IMS genaamd Simple Sequencing.

Terwijl specificaties die eerder in SCORM 1.2 bestonden, eenvoudigweg werden herzien voor de nieuwe versie, bracht het nieuwe boek geheel nieuwe mogelijkheden met zich mee. Zo kon een enkel inhoudspakket nu meerdere SCO’s bevatten, en was het mogelijk ze achter elkaar te zetten, waardoor schrijvers van inhoud hele cursussen in een enkel SCORM-pakket konden onderbrengen. De nieuwe versie maakte het ook mogelijk om herbruikbare SCO’s te hebben – met het dynamisch delen en uitwisselen van inhoud in uw opleidingsmodules, om tijd te besparen.

Helaas ontdekte ADL al snel dat het vernieuwde deel van de oude SCORM het weliswaar goed deed, maar dat het SN-boek enkele integrale gebreken vertoonde waardoor de nieuwe specificatie niet goed kon worden geïmplementeerd, bijvoorbeeld in een LMS. Daarom werd er begonnen aan een update.

2e editie

Slechts 6 maanden na de oorspronkelijke release van SCORM 2004 kwam de 2e editie uit. Daarin werden de dringende problemen in het SN-boek aangepakt, zodat deze versie van SCORM 2004 eigenlijk de eerste was die volledig kon worden geïmplementeerd in een LMS. Het was ook deze versie die, om een of andere reden, de limiet voor suspend data (waar cursusvoortgang van de cursist wordt opgeslagen in het LMS) terugbracht tot 4.000 tekens – nog minder dan SCORM 1.2 had.

3e editie

De volgende update zag het licht in 2006 en bevatte veel veranderingen aan alle boeken (hier de volledige lijst). Zo werd de limiet voor suspend data eindelijk verhoogd tot 60.000 tekens, waardoor makers van inhoud langere cursussen konden bouwen met meer ingewikkelde interacties in het LMS, waarvan de staat kon worden ingepast in de grotere suspend data-opslag.

Het was ook de eerste versie van SCORM met bepaalde eisen voor een gebruikersinterface van een SCORM-compliant LMS. De eisen ontstonden omdat het nieuwe SN-boek zoveel complexe regels bevatte voor de opeenvolging van inhoud binnen een SCORM-pakket dat ook LMS’en daaraan moesten voldoen.

4e editie

ADL deed er vanaf de 3e editie 3 jaar over om de definitieve, 4e versie van SCORM 2004 uit te brengen. De standaard die in 2009 uitkwam, verbeterde opnieuw de stabiliteit en bevatte verdere toevoegingen aan het SN-boek. Maar heeft dat ertoe bijgedragen dat SCORM 2004 onder gebruikers dezelfde populariteit heeft bereikt als zijn voorganger, SCORM 1.2? Niet bepaald.

Er waren een paar redenen die de populariteit van SCORM 2004 in de weg stonden – een daarvan was dat het toegevoegde SN-boek door e-learning-leveranciers vaak als ingewikkeld en irrelevant werd gezien. Een andere reden is dat rond 2008, nadat de eerste iPhone was uitgebracht, smartphones in opkomst kwamen als een nieuw type apparaat dat cursisten zouden gebruiken om digitale opleidingen te consumeren. Deze stijgende trend stelde SCORM voor een aantal unieke uitdagingen, vooral omdat mobiele apparaten niet altijd een stabiele netwerkverbinding hebben. SCORM 2004, zelfs in zijn laatste editie, moest dus nog op grote schaal worden herzien als ADL het klaar wilde maken voor het mobiele tijdperk. Bovendien waren er zorgen over de beveiliging die door de gemeenschap werden geuit en die voortkwamen uit de aard van de Javascript API, een onlosmakelijk onderdeel van SCORM.

Al deze problemen brachten de industrie ertoe vast te houden aan de beproefde SCORM 1.2 in plaats van tijd en geld te spenderen aan de invoering van een nieuwe fancy SCORM 2004, waarvan de grootste verbetering een onnodig complexe specificatie voor sequencing zou zijn.

Voordelen en nadelen

Laten we eens kijken naar de voor- en nadelen van SCORM 2004, vergeleken met SCORM 1.2:

Voordelen

• Nieuwe mogelijkheden. Er is een nieuwe specificatie van Sequencing and Navigation toegevoegd om multi-SCO-pakketten te ondersteunen en te regelen hoe cursisten tussen de SCO’s kunnen navigeren.
• Verbeterde prestaties. Het boek Run-Time Environment is grondig herzien en enkele overbodige elementen uit SCORM 1.2 zijn verwijderd.
• Afzonderlijke tracking van voltooiing en succes. Als een cursist bijvoorbeeld alle dia’s in een module van uw cursus heeft bekeken, maar niet is geslaagd voor de test, kan de module de status Voltooid / Gezakt krijgen, terwijl deze met SCORM 1.2 slechts één status kon krijgen in het LMS.
• Variabelen toegevoegd voor duidelijkere rapportages. In SCORM 2004 kan elke interactie (bijvoorbeeld een testvraag) naast een kort alfanumeriek ID-nummer in SCORM 1.2 ook een beschrijving hebben. Dat betekent dat wanneer u in een LMS de pogingen van cursisten beoordeelt, u niet alleen de antwoorden ziet, maar ook de tekst van de vraag.
• Verhoogde datalimiet. 64.000 tekens in de derde editie. In het algemeen leidt het gebruik van inhoud die voldoet aan SCORM 2004 tot iets meer gedetailleerde statistieken in het LMS, omdat de tekenlimieten voor bepaalde velden zijn verhoogd.

Nadelen

• Kan alleen gebruikt worden met web content. Net als SCORM 1.2 heeft versie 2004 niet veel veranderd aan de manier waarop de content-LMS communicatie wordt afgehandeld. Het gebruikt nog steeds dezelfde oude Javascript API die het gebruik van SCORM in webbrowsers beperkte.
• Het boek voor Sequencing en Navigation was te omvangrijk voor verkopers om te implementeren. Het idee van deze specificatie was dat instructieontwerpers inhoud zouden moeten kunnen produceren als eenvoudige SCO’s die herbruikbaar zijn en in een cursus kunnen worden geordend. Maar de meeste verkopers van authoring tools wilden die specificatie niet implementeren in het LMS omdat deze optioneel was. Dezelfde functionaliteit begon ook haar weg te vinden naar LMS’en met hun leerpaden, die het voor cursisten mogelijk maakten individuele modules op te volgen in cursussen. De industrie stemde er dus mee in die specificatie te negeren.
• SCORM 2004 wordt niet door evenveel e-learning producten ondersteund als SCORM 1.2. Moodle LMS heeft bijvoorbeeld veel ondersteuning voor SCORM 1.2, terwijl het niet echt werkt met versie 2004. U kunt dus niet profiteren van de verbeteringen in de nieuwere versie als uw authoring tool of het LMS dat u gebruikt het niet ondersteunt.

SCORM 1.2 vs. 2004: Complete Vergelijking

Laten we een complete vergelijking maken voor deze twee standaarden:

Conclusie

Tot slot willen we nog zeggen dat SCORM 1.2 zeker veel gangbaarder is – zelfs tot op de dag van vandaag. Dat is niet omdat SCORM 2004 kritieke gebreken vertoont of niet goed doordacht is. Nee, het had echt een aantal belangrijke verbeteringen ten opzichte van de vorige versie. Maar de ingewikkelde sequenties en het ingewikkelde navigatieboek zorgden ervoor dat verkopers SCORM 2004 vermeden of het in de meest elementaire vorm implementeerden in een LMS die geen recht doet aan de echt grote veranderingen die het onderscheiden van SCORM 1.2.

Wij raden u aan voor SCORM 2004 te kiezen als zowel uw LMS als uw authoring tool dat ondersteunen – er zijn genoeg kleine voordelen ten opzichte van 1.2 die uw leven wat gemakkelijker zullen maken. Bijvoorbeeld, een adequatere datalimiet voor het LMS voorkomt problemen met het opslaan van de voortgang van cursisten in lange trainingsmodules. En met de afzonderlijke status voor voltooiing en succes die 2004 ondersteunt, kunt u de bekeken dia’s en quizresultaten van cursisten afzonderlijk bijhouden – dit maakt de trainingsstatistieken in uw LMS informatiever en gemakkelijker te beoordelen.

Blijf anders bij SCORM 1.2 – dat is een beproefde favoriet van de community die wel zijn eigenaardigheden heeft, maar die allemaal beheersbaar zijn. Vooral als u een authoring tool gebruikt zoals iSpring Suite die uitstekende ondersteuning biedt voor de standaard en tegelijkertijd enkele van zijn beperkingen helpt omzeilen. U kunt altijd gebruik maken van de iSpring Suite proefperiode om SCORM zelf uit te proberen. 

Naast versie 1.2 is iSpring Suite ook compatibel met SCORM 2004. En voor wie op zoek is naar een LMS voor zijn SCORM 2004 vs SCORM 1.2 cursussen, kijk eens naar iSpring Learn – het heeft een mobiele app waarmee uw cursisten SCORM-modules kunnen downloaden en offline kunnen bekijken.